Sunday, May 29, 2005

Non!

Sometimes I hate it when I'm right.

Zullen we de Franse taal maar eens gaan boycotten?

Non?

Laat ik voorop stellen dat Fransen zweterige nationalistische imbecielen zijn met een IQ dat gelijk te stellen valt aan hun camembert.

Zo, dan kan het vandaag alleen nog maar meevallen.

Saturday, May 28, 2005

Nee?

Als je dat gestuntel van Balkenende ziet (AD, vandaag), het gesputter van Van Aartsen en het gehakkel van Dittrich, dan begin je toch weer bijna te overwegen "nee" te stemmen.

Totdat je je realiseert dat je dan in het kamp van Marijnissen, het christenfundamentalisme en Wilders komt.

Monday, May 23, 2005

Wednesday, May 18, 2005

Mei revisited

Omdat het overmorgen 20052005 is! Een gedichtje over mei! Mijn Magnum Opus, in Gorteriaanse traditie!


Een nieuwe lente, een nieuw geluid
Oh nee, toch niet, alweer dat oude gezeur
Kunnen Wilders & PrdV niet mijn wereld uit?
Binnen twee jaar aan ka... oh, is dat de politie aan de deur? :/

Monday, May 02, 2005

Moe

Dit zou ik geschreven moeten hebben. Maar omdat Jan Blokker het weer eens tien keer beter verwoord heeft laat ik hem maar aan het woord. \o/

Waarom word ik eigenlijk zo treurig van Kies voor vrijheid? Waarvoor ze bij Paagman in Den Haag wel twee uur in de rij wilden staan?
Niet eens omdat het zo erbarmelijk is geschreven, denk ik. Er wordt zo veel erbarmelijk geschreven.
Ook niet, geloof ik, omdat er een samenleving in wordt geschilderd waar je het als normaal mens geen dag zou uithouden. Dat weet je dan tenminste.
Zelfs niet vanwege de opracht: 'Voor mijn lieve Krisztina en mijn lieve moeder.'
Geert Wilders. Goed voor z'n vrouwtje, goed voor z'n oude moeder, dus die moet straks als minister-president ook wel goed voor ons zijn. 'Ik wil dit land,' greep hij terug in het rijke erfgoed van Pim Fortuyn, 'teruggeven aan zijn burgers.'
Achjezus. Terwijl ik dat land van 'm helemaal niet wil hebben. Voor geen goud, Geert.
Maar geen idee waarom het me treurig stemt.
Het is trouwens niet alleen Wilders bij wie ik het heb.
'Wij zijn er op uit om echt de bakens te verzetten om echt rigoureus dingen anders te doen.'
Peter R. de Vries. Ook zo eentje. Weer helemaal anders dan Geert, zal hij zeggen, want ze denken allemaal dat ze uniek zijn, maar ik zie geen verschil. Nawijn, Eerdmans, misschien Heinsbroek nog een keer, of anders Roel Pieper weer eens - allemaal één pot nat.
'Er is in dit land een zodanig toenemende geest van futloosheid, onmacht, onwil, onverschilligheid, verdeeldheid, krakeelzucht, dat het de spuigaten uitloopt. Daartegenover wil ik een grondslag samenstellen van wilskracht, fierheid, plichtsgevoel, geloof in eigen kracht en bestaansrecht, nationale zin, solidariteitsgevoel.'
Wie van de zes? Misschien Klaas Wilting? Of Jan Nagel zélf?
Fout. Dit was Anton Mussert, die in 1932 ook al vond dat de bakens nodig verzet, en de dingen ook echt rigoureus anders gedaan moesten worden.
Waarmee ik uiteraard niemand van nu wil vergelijken met mensen van toen, laat staan met iemand die we na 1945 nog hebben moeten doodschieten om er voorgoed van af te zijn. Ik bedoel het trouwens ook in een veel algemenere zin, los van links of rechts, goed of fout.
In het kader van al die herdenkingen waar je je hele leven mee zit (wat doen we in 2006 bijvoorbeeld met 175 jaar Tiendaagse Veldtocht?) blader ik zo nu en dan door vooroorlogse kranten - 51 procent van de bevolking weet nog dat ik dan de periode van vóór WOII bedoel - en probeer me een beeld te vormen van de rijke politieke verscheidenheid van toen.
Weemoed.
Waar is de Lijst Coppenolle gebleven? Waar de Vaderlandse Partij? De Bond van Belastingbetalers? De Lijst Wolswinkel? De Onafhankelijke Zakenlui? De Zuiderzeepartij?
Je ziet onmiddellijk mannen achter schuifdeuren voor je, hemdsmouwen opgerold, feestelijke sigaar van tweeënhalve cent onder handbereik, en aan de andere kant van de schuifdeuren manen zijn lieve Krisztina en zijn lieve moeder de kinderen dat ze stil moeten zijn omdat vader aan zijn program werkt.
Vader tikt met één vinger op de oude Remington: 'Een Nederland dat zijn eigen identiteit handhaaft en daar trots op is, zich niet laat overnemen of aanpast aan wezensvreemde culturen. Een Nederland met een florerend midden- en kleinbedrijf en extra aandacht voor de positie van de hardwerkende mensen met een middeninkomen...'
Hij kijkt even, over lint en wagen heen, naar wat er al staat, voelt dat de laatste zin nog niet helemaal geacheveerd is, zet een puntkomma, en tikt:
'Beiden zijn de ruggengraat van onze samenleving.'
Ik denk dat daar toch de bron van mijn melancholie ligt. Dat iemand als Peter R. de Vries op net zo'n soort avond lang in de lucht heeft gestaard of hij voor de D van zijn naam Democratie, Doorbraak of Duidelijkheid zou invullen, alvorens ineens op Daadkracht te komen - en dat we hem niettemin over zestig jaar zullen zijn vergeten.

Jan Blokker, in de Volkskrant 2 mei 2005